De glazenwasser
Het beroep glazenwasser staat in Nederland geregistreerd sinds 1878. Hiervoor lapten veel vrouwen hun eigen ramen. Sinds ramen te hoog of te lastig zijn om zelf te wassen, wint het beroep aan populariteit. Bedrijven in de glasbewassing zijn van oudsher vooral familiebedrijven waar kennis van generatie op generatie wordt doorgegeven. Een jonge glazenwasser begon vroeger als leerling, klom dan op tot halfwas-glazenwasser en werd uiteindelijk volleerd glazenwasser.
Tegenwoordig zijn er opleidingen zoals de vakopleiding Glazenwasser en de module glazenwassen bij de vakopleiding Gevelonderhoud. Het familieaspect verdwijnt dus langzaam uit de professie. Vooral vroeger was het beroep voorbehouden aan ruige mannen, zoals gepensioneerde zeelieden met tatoeages en oorbellen. Het is een beroep met een eigen cultuur en veel vakjargon. Het is van oudsher een beroep voor vrijbuiters die niet bang zijn voor hoogten en houden van vrijheid.
waarvan 100 met ernstige gevolgen. De maatregel is een gevolg van Europese regelgeving en is per 1 juli 2004 ingevoerd. Vervolgens geldt een overgangsperiode van twee jaar, waarna de arbeidsinspectie streng op overtredingen moet gaan controleren. Veel glazenwassers vinden het ladderverbod echter onzin, en noemen het de doodsteek voor kleine bedrijven die geen hoogwerkers kunnen betalen. Veel glazenwassers hebben dan ook besloten het verbod te negeren. Tegenwoorden zie je vaak dat de ramen worden gewassen met een tuckerpool systeem dat is een telescopische buis waar osmose water doorheen gaat hiermee zijn hoogtes te bereiken tot 20 meter maar deze methode mag alleen gebruikt worden als andere methode’s niet kunnen zoals het gebruik van een hoogwerker of steiger.
Deze vrijheden worden door de overheid echter steeds meer ingeperkt door de overheid. De ARBO keurt oude manieren van glazenwassen, zoals de schommeltechniek waarbij een glazenwasser zich op een schommel van het gebouw laat zakken, niet meer goed. Ook zijn er veel regels gekomen die de veiligheid van het beroep zouden moeten verbeteren. Zo zijn tuigjes tegenwoordig verplicht in gondels, en zijn ladders hoger dan 8 meter inmiddels verbod. Ook is er in 2004 een ladderverbod ingegaan. De overheid wil het werken op een ladder zo veel mogelijk terugdringen. Alleen bij korte klussen of als het gebruik van een steiger of hoogwerker niet mogelijk is, mag de ladder nog worden gebruikt. Door de maatregel moet het aantal ongelukken afnemen. Jaarlijks vinden 1000 tot 1500 ‘ladderongevallen’ plaats
